De meest gestelde vraag aan mij is: wat is nu geschikt moeilijk lesmateriaal voor mijn (hoog)begaafde leerlingen in de klas? Dit is een mooie vraag. Met deze vraag kun je namelijk direct een aantal wedervragen stellen zoals: wat versta jij onder moeilijk? Wat wil je de leerling leren? Wat versta jij onder (hoog)begaafd? Welke begeleiding kan jij geven als leerkracht? Hoeveel verrijkingstijd is er?

De eenvoudige vraag leidt bij mij dus tot een aanpak die vraagt om een completer beeld te krijgen, voordat je antwoord krijgt.

Lesmateriaal is belangrijk
In steeds meer scholen zie je dat er is geïnvesteerd in lesmateriaal voor (hoog)begaafde sensitieve leerlingen. Er is een Pittige Plustoren, een kist Levelwerk of een stapel Rekentijgers beschikbaar. Maar zoals een leerkracht mij onlangs vroeg: hoe voorkom ik nu dat de Rekentijger een papieren tijger wordt? Het lesmateriaal is belangrijk. Het is namelijk een middel om te leren. Maar lesmateriaal is ook ondergeschikt. Waar het om gaat, is dat een verrijkend leerdoel wordt geleerd of aanwezig potentieel kans tot ontwikkeling krijgt. En als de Rekentijger een papieren tijger is geworden, dan wordt er dus niet meer geleerd of ontwikkeld.

Stop de papieren tijger
Waarom wordt de Rekentijger een papieren tijger? De Rekentijgers zijn toch moeilijke sommen en dat vinden (hoog)begaafden toch leuk? Er zijn meerdere belangrijke antwoorden te geven waarom de Rekentijger een papieren tijger in de klas is geworden. In dit blog ga ik slechts één antwoord geven, zodat het blog beperkt blijft in omvang. En het antwoord is gericht op de stelling: lesmateriaal is geschikt als het moeilijk is.

Moeilijk
Zijn (hoog)begaafde sensitieve leerlingen op zoek naar moeilijk werk? Het antwoord is: nee en ja. Als je je verdiept in wat een leerling (hoog)begaafd maakt, dan blijkt dat deze leerling onder andere een potentieel / voorkeur heeft om op een andere wijze te denken. Dit is één van de verschillen in potentieel van deze leerling ten opzichte van andere leerlingen. Het is in zijn of haar natuur (het brein) gelegen om anders te denken. Het woord ‘anders’ is van belang. Het anders denken lijkt soms voor een ander ‘moeilijk denken’. Maar dit geldt dus niet voor de (hoog)begaafde leerling: het is namelijk zijn of haar potentieel.

Anders denken
Het reguliere schoolwerk is vaak gericht op de volgende denkvaardigheden: herinneren (automatiseren), begrijpen en toepassen. Bovendien vraagt het reguliere schoolwerk vaak convergent denken: het denken is gericht op het vinden van één goed antwoord. Het potentieel van de (hoog)begaafde sensitieve leerling is te vinden in andere denkvaardigheden: analyseren, evalueren en creëren. Dit vraagt opdrachten om divergent te denken: het denken dat gericht is op het vinden van meerdere antwoorden op een vraag. Dit soort opdrachten zijn complex en dat is wat anders dan moeilijk. Complex is gericht op het samenbrengen van dingen die bij elkaar horen. Moeilijk is gericht op inspanning, dat iets moeite kost.

(Hoog)begaafde sensitieve leerlingen zijn in hun denken gericht op complexiteit: het samenbrengen van dingen die bij elkaar horen. En ik kan uit de praktijk vertellen, dat net als ieder ander mens, zij niet zozeer gericht zijn op moeilijk: dat het inspanning of moeite kost 🙂

Terug naar de tijger
Klopt de stelling nu dat lesmateriaal geschikt is als het moeilijk is? Wat denk je? Het antwoord is divergent: ja én nee. Het klopt dat (hoog)begaafde sensitieve leerlingen ook moeten leren om te gaan met ‘moeilijk’: dat iets inspanning of moeite kost. Het is echter niet zo, dat het geven van convergente opdrachten de enige manier is om dit te bereiken.

De opdrachten uit Rekentijgers kosten de leerling meer inspanning en moeite dan het reguliere schoolwerk. Het antwoord is niet in één oogopslag te geven (voor sommige leerlingen overigens wél). Maar er worden gewoon dezelfde denkvaardigheden gevraagd als het reguliere schoolwerk: herinneren, begrijpen en toepassen. Convergent denken: er is maar één antwoord goed. Dit is wel moeilijk, maar niet complex.

Complex en moeilijk
Veel moeilijk lesmateriaal is dus een geschikt middel voor het leerdoel ‘inspannen’, maar het sluit in mindere mate aan op het potentieel van deze leerlingen. In complex denken, divergent denken: analyseren, evalueren, creëren. En potentieel kan alleen een talent worden als er gelegenheid is gegeven om te oefenen. Veel oefenen. En dat vele oefenen kost inspanning, moeite.

Met lesmateriaal bestaande uit complexe opdrachten om divergent te denken bereik je dus twee doelen: je ontwikkelt aanwezig potentieel (anders denken) én het is moeilijk (kost inspanning). Als je mag werken aan je natuurlijke potentieel, dan is dit leuk en hou je het langer vol. Je bent bereid hier meer moeite voor te doen. Dit kan één van de oplossingen zijn om een einde te maken aan de papieren tijger.

Meer weten?
Als je meer wilt weten over geschikt lesmateriaal voor (hoog)begaafde sensitieve leerlingen, maak dan gebruik van:

  1. de gratis workshop ‘Geschikt lesmateriaal voor (hoog)begaafde sensitieve leerlingen’.
  2. de opleiding ‘Specialist meer- en hoogbegaafdheid’ OF de Module ‘Aanpak(ken).

Heb je een andere ondersteuningsvraag, neem dan gerust contact met me op. Mail of bel mij: sonja.morbe@wijssein.nl of 06 22213710

Nog één vraag: is jouw kijk op geschikt lesmateriaal voor (hoog)begaafde sensitieve leerlingen veranderd?